Welke Biertap

Biertaps zijn er in verschillende soorten, maten en capaciteiten, welke biertap is voor u de beste keuze?

Biertap met koelkast.
Een biertap met een koelkast is een tapzuil met een fustenkoeler.
Fustenkoelers zijn verkrijgbaar vanaf 1x 50 liter en 2x 20 liter tot en met 8x 20 liter.
De fustenkoeler wordt onder de bar geplaatst, of los geplaatst met de tapzuil erop gemonteerd.
De grotere fustenkoelers kunnen in een kelder geplaatst worden, of in een andere ruimte, hierbij wordt dan ook een waterkoeler geplaatst met een Pythonpomp en een Pythonslang naar de bar.
In een fustenkoeler blijft bier langer goed omdat de opslagtemperatuur continu 4 graden Celsius is.
De houdbaarheid van een bierfust is 3 tot 4 weken, zonder dat de biersmaak achteruit gaat of het bier in het fust bederft.
De fusten moeten altijd voorgekoeld zijn, per tapkraan is dus een fust aangeslagen en een fust voorgekoeld voor als het aangeslagen fust leeg is.
Met dit systeem heeft u minder bierverlies en de tapservice hoeft maar een keer in de 8 weken langs te komen om te reinigen.
Het systeem is ook makkelijk zelf te reinigen met een reinigingstank.
Een biertap met fustenkoeler is het beste systeem om het bier lang vers te houden.
De aanschafkosten zijn iets hoger, maar de terugverdientijd van de extra kosten is maar een half jaar!


Waterbadkoeler.
Een waterbadkoeler wordt gebruikt bij een hoge omloopsnelheid van bier.
Ook wordt een waterbadkoeler gebruikt als lange bierleidingen worden gebruikt omdat de fusten in een kelder of een andere ruimte zijn geplaatst, vanwege ruimtegebrek onder de bar.
Een waterbadkoeler maakt gebruik van een waterbad waar een Pythonpomp het koude water uithaalt en daarna door 2 leidingen pompt die naast de bierleidingen lopen. Op deze manier worden de bierleidingen continu gekoeld.
De waterbadkoelers zijn er in verschillende capaciteten, hoe hoger de capaciteit hoe meer bier er per uur, goed gekoeld, getapt kan worden.
Het bierfust hoeft niet voorgekoeld te worden zoals bij een fustenkoeler, na het aansluiten kan direct bier getapt worden.
Een waterbadkoeler koelt sneller terug dan een droogkoeler. Bij een droogkoeler kan dit ondervangen worden door een droogkoeler aan te schaffen met een hogere capaciteit.
Vaak worden waterbadkoelers uitgezet als ze enkele dagen niet gebruikt worden, om energie te besparen. De waterbadkoeler moet dan zijn koeltemperatuur weer bereiken als deze aangezet wordt wat de energiebesparing te niet doet. Het is energiezuiniger en beter voor de waterbadkoeler om deze aan te laten staan.
Als de koeler uitgezet wordt dan moet de waterbak leeggehaald worden om oxidatie van de voeler van de thermostaat te voorkomen.
Voor transport dient de waterbak altijd leeggehaald te worden.


Droogkoeler.
Een droogkoeler is binnen 5 tot 10 minuten koud, een waterbadkoeler doet daar gemiddeld 3 uur over.
Een droogkoeler wordt meestal gebruikt als tafeltap, maar is ook uitertmate geschikt als onderkoeler.
Bij een droogkoeler hoef je geen water te vullen of water af te tappen.
Een droogkoeler heeft een aluminium blok dat gekoeld wordt, de bierspiralen lopen hier omheen.
Een droogkoeler is na het aanzetten snel koud maar koelt wat minder snel terug dan een waterbadkoeler, dit is op te lossen door een droogkoeler te kiezen met een hogere capaciteit.
Deze koeler kan ook gebruikt worden als onderkoeler. Als je een droogkoeler als onderkoeler gebruikt dan moet deze zo dicht mogelijk bij de biertapzuil geplaatst worden omdat het stuk bierslang na de koeler niet meer gekoeld wordt. Bij een afstand langer dan 150 cm adviseren wij een waterbadkoeler.
Dit geldt ook voor een waterbadkoeler, als de afstand te lang is gaat de voorkeur uit naar een waterbadkoeler met een Pythonslang.
Een droogkoeler is ideaal bij een verplaatsbare bar, het is een mobiel object.
Droogkoelers worden eventueel ook geleverd met een ingebouwde luchtcompressor zodat met lucht getapt kan worden inplaats van met CO2. Als met lucht getapt wordt moet, om het bederven van het bier te voorkomen, het fust wel binnen 2 dagen leeg zijn!